Snelle methode
Je moet ervan uitgaan dat vlees tijd nodig heeft. Zet je een stuk
vlees in een hete oven, bijvoorbeeld op 180 graden, dan zal de
kerntemperatuur snel bereikt worden. Het vlees moet dan langer rusten om
alle sappen weer van de kern naar de rand van het vlees te laten
trekken. Als je vlees in een oven van 180 graden bereid, moet je de
kerntemperatuur nooit zo hoog laten worden als het eindresultaat moet
zijn. Als je bijvoorbeeld rood vlees op 50 graden kerntemperatuur wilt
hebben, neem je het uit de oven bij een kern van 45 graden. Je laat het
losjes toegedekt met aluminiumfolie rusten. Het vlees is door de hoge
oventemperatuur aan de buitenkant zo warm geworden dat de warmte nog
lang nawerkt en de kerntemperatuur buiten de oven nog oploopt tot 50
graden. Het vlees moet dan 20-30 min. Rusten.
Let op: het is belangrijk het vlees niet strak in te pakken in
aluminiumfolie, maar losjes af te dekken. Als je het namelijk inpakt,
creëer je als het ware opnieuw een oven en gaart het vlees verder na
tijdens het rusten en slaat door. Als je het vlees dan uit de folie
haalt, tref je een grijs stuk vlees aan met het sap en de malsheid
ernaast!